Nederland kampt met de nodige problemen, zo valt te concluderen na het volgen van politieke debatten. Nu kent iedere tijd zijn of haar eigen problemen en dit wordt wel eens vergeten. Net als het feit – dat veel politici van klagen hun beroep hebben gemaakt – vaak wordt vergeten: de regering doet het nooit goed en de oppositie klaagt altijd.

Het huidige kabinet bestaat voor driekwart uit partijen die eerder geen regeringservaring hebben opgedaan. Dit is uiteraard vragen om moeilijkheden. Er wordt links en rechts veel gemopperd op het huidige kabinet. Toch is het veel te makkelijk om dit kabinet de oren te wassen. De zogenaamde fatsoenlijke partijen hebben twintig jaar de tijd gehad om zaken goed te regelen – toen zij aan de macht waren. Dit kabinet is het gevolg van het feit dat de fatsoenlijke partijen de afgelopen twintig jaar te laks zijn geweest en te weinig daadkracht hebben getoond. Dit heeft geresulteerd in maatschappelijke onvrede wat zich heeft door vertaald naar het huidige kabinet. De krokodillentranen die nu vloeien onder de aanhangers van de oppositiepartijen mogen daarom met een flinke korrel zout worden genomen.

Het huidige kabinet belooft veel maar moet het nog waar zien te maken. Het is een veelvoorkomend probleem: slimme mensen zijn in staat om problemen te benoemen en te analyseren, maar deze problemen oplossen is vers twee. Hoe kan het dat zo weinig mensen bij machte zijn om problemen op te lossen?

Een deel van het antwoord is eenvoudig te geven: mensen die goed zijn in het benoemen en met name het analyseren van problemen zijn geen oplossers. Oplossers beschikken over andere unieke eigenschappen die analisten vaak ontberen. Het grote probleem hierin is dat de analisten hun eigen beperking niet herkennen. Zij denken vaak dat je vanuit de probleemanalyse tot oplossingen kunt komen. Was het maar zo eenvoudig. Verder is het aantal mensen in Nederland dat beschikt over de juiste eigenschappen om problemen te kunnen aanpakken behoorlijk beperkt. Het aantal mensen dat kan analyseren is veel groter; deze groep domineert in de maatschappelijke discussie en dit schiet absoluut niet op: het leidt tot oeverloos gepraat. Maar het grootste gif schuilt in de verdienmodellen van deze tijd. Het loont namelijk om eindeloos te ouwehoeren over scheuren in een Gronings huis, zoals het ook loont om eindeloos te ouwehoeren over de stikstofproblematiek. Massa’s mensen verdienen goud geld aan de maatschappelijke problemen door er oeverloos over te discussiëren: ze houden elkaar bezig en worden nog goed betaald ook.

Zowel bij de toeslagenaffaire als bij het Groninger gasdebacle was de conclusie dat er sprake was van een totaal systeem-falen. De impact van deze woorden is ogenschijnlijk niet goed doorgedrongen tot de maatschappij. Het betekent namelijk dat op alle fronten grove fouten zijn gemaakt: in de hoek van de wettelijke macht, de uitvoerende macht en in de hoek van de rechterlijke macht. Hoe kan zoiets gebeuren? En wat wordt er aan gedaan? Precies: er wordt eindeloos over geouwehoerd.

Ongetwijfeld zal een en ander te maken hebben met de onzichtbare wereld waarin de overheid en consultancy zich bewegen; een wereld waarin vele uren vergaderen in kantorenkolossen de standaard is en waarin talloze rapporten worden geschreven. Het levert de betrokkenen een goed salaris op, dus waarom zou je als betrokkenen iets gaan veranderen?

Hoe mooi zou het zijn als er uitsluitend salaris betaald zou worden wanneer de problemen opgelost zijn? Een no cure, no pay systeem? Een loodgieter wordt immers ook pas betaald als hij of zij de lekkage heeft verholpen. Niet als de kraan blijft lekken. Dit vinden we logisch. Maar als een consultant een rapport schrijft tegen 150 euro per uur en zich beperkt tot een analyse, dan vinden we dit kennelijk prima. Terwijl er niets wordt opgelost. Het is vreemd dat we als maatschappij dit a-sociale verdienmodel blijven accepteren.

Boeren met dieren hebben ook een verdienmodel. Ze produceren melk en/of vlees en/of eieren. Deze dieren moeten eten. Hun eten wordt bij voorkeur op eigen grond gekweekt, van gras tot mais tot graan. Boeren zonder dieren – akkerbouwers – zorgen voor suikerbieten, aardappelen en of groenten. Wat gaat er hier mis met het verdienmodel?

Kort na de oorlog kwam door politieke keuzes ruimte voor boeren op de zogenaamde woeste gronden. Tegenwoordig noemen we dit soort gronden natuur. Het gaat vaak om (voormalige) heidegronden. Om deze boeren te kunnen laten boeren werden de woeste gronden in cultuur gebracht. Dit houdt in dat de terreinen werden diep geploegd, werden geëgaliseerd en werden ingezaaid met Engels Raaigras – voor weides – of met zaad voor de teelt van mais, bieten of andere gewassen. Deze boeren hebben vier generaties lang mogen profiteren van de gemaakte politieke keuzes. Ze hebben goed verdiend aan hun producten en willen graag verder boeren. Maar zo eenvoudig is het niet meer. Op die zogenaamde in cultuur gebrachte woeste gronden spoelen drijfmest, kunstmest en pesticiden makkelijk uit naar het grondwater wat op die manier vervuilt. Bovendien staan deze boeren in warme perioden als eerste te roepen om water omdat hun gewassen anders verdrogen op het zand. Je mag dan als boer op deze gronden financieel nog goed draaien maar vanuit maatschappelijk oogpunt zijn deze bedrijven niet langer acceptabel. Hun verdienmodel is achterhaald. Ze vervuilen met hun bedrijven onnodig en houden het foute grondgebruik in stand. Wat zou moeten gebeuren is dat de overheid deze boeren uitkoopt, en de gronden teruggeeft aan de natuur. Ga eens na hoeveel maatschappelijk waardevolle natuur Nederland er dan bij zou krijgen. Op de kaarten van 1850 zijn de – ooit – woeste gronden eenvoudig terug te vinden.

Deze oppervlakten zijn dusdanig groot dat er ruimte ontstaat voor de bouw van nieuwe dorpen. Geheel in lijn met de verwachting dat Nederland vaker te maken krijgt met heftige regenval zijn deze nieuwe dorpen perfect gelegen op hoge en droge zandgronden. Mona en Femke, ook nog van dezelfde partij BBB, kunnen dit prima samen regelen: meer natuur, meer woningen en minder vervuiling. Wat wil een mens nog meer?

Het zal de leveranciers van kunstmest en pesticiden niet bevallen: hun markt valt met het verdwijnen van na-oorlogse boeren op het zand deels weg. Tja, ook hun verdienmodel is maatschappelijk achterhaald. Ze gaan maar iets anders bedenken waarmee ze geld kunnen verdienen. Hetzelfde geldt voor die andere gifmengers: de farmaceuten. Deze financiële reuzen worden slapend rijker en rijker door gebruik te maken van hun machtspositie binnen de gezondheidszorg. Genoeg artsen hebben inmiddels aangegeven dat grote farmaceuten innovatie in de gezondheidszorg tegenhouden en hun poederbusiness tot in den treure willen blijven afromen. Het is een prachtig verdienmodel voor hen, maar niet voor de mensen die afhankelijk zijn van goede medicijnen.

Nederland moet vernieuwen. Oude achterhaalde verdienmodellen moeten resoluut opgeruimd worden en plaats maken voor meer sociale en meer duurzame verdienmodellen. Dit is ten eerste een opgave voor de politiek. Echte oplossers moeten vervolgens aan het werk gezet worden middels opdrachten vanuit de politiek.

De mensen die nu achteroverleunend lachend geld binnen harken dienen uit hun comfortzone te worden gehaald en uitgedaagd te worden tot innovatie. Buitengewoon slimme mensen hebben de morele plicht zich in te zetten voor een betere wereld voor zichzelf en hun medemens. Op naar een betere wereld. Het kan.

10 Comments

  • Ha, een nieuw blog!
    Mooie analyse, maar ik deel niet jouw oplossing voor de boeren op de zandgronden. Er kan ook in veel van die gebieden prima biologisch geboerd worden en voor natuur zijn ze vrijwel altijd teveel verziekt.
    Voor de woningbouw zou het wel een oplossing kunnen zijn: vorm intensieve veehouderijen om naar kleine dorpjes of woongemeenschappen: intensieve menshouderij zo je wilt.
    Ook vroeger waren boerderijen vaak kleine woongemeenschappen, met veel familieleden, knechten en meiden.
    Je analyse over de ouwehoerende overheden deel ik volledig, ik heb er juist weer een deprimerend staaltje van ervaren.
    En zowel dat, als jouw ervaring met de “farmaceuten” zijn voorbeelden van een falende overheid die kletst en niet doet.

    • Hallo Henk,
      Ik hoopte dat je zou reageren op deze blog. Want ik klets maar wat – weliswaar na enig nadenken. Maar jij hebt er in je werk veel mee te maken: hoe lossen we de Nederlandse problemen op? Het is natuurlijk de politiek die als eerste moet komen met goed beleid zodat mensen als jij er handen en voeten aan kunnen geven.

      Ik ben erg gecharmeerd van jouw alternatief voor de boeren op de zandgronden die – afhankelijk van de locatie – voor een goede bedrijfsvoering afhankelijk zijn van kunstmest, drijfmest, pesticiden en water of van voer dat uit Verwegnistan moet komen. Laat ze omschakelen naar biologisch. Ik moest gelijk denken aan het prachtige bedrijf Veld en Beek in Renkum dat prachtige producten verkoopt die voortkomen uit hun biologische boerderij. Wij zijn er nota bene klant, al komen we er veel te weinig.

      Het idee van (kleine) woongemeenschappen of kleine dorpjes vind ik ook heel charmant, al tikt het niet zo aan als je je beperkt tot dergelijke kleine gemeenschappen. Er is qua woningen een inhaalslag nodig. Het doet me denken aan buurtschap Mossel bij Otterlo waar Nieske (Everts) Takken woonde als meisje, totdat ze trouwde met een van mijn voorouders, ik meen mijn betovergrootvader. De zus van mijn overgrootvader heette ook Nieske, naar haar vernoemd. Ik heb een romantisch beeld bij de kleine dorpen. Fijn dat je jij ook verwijst naar de historische context; het maakt het idee alleen maar sterker. Dank daarvoor!

      Hartelijke groeten,
      Henk

  • Ha Henk, ik heb net het boek ‘werk in uitvoering’ van Lennart Savenije gelezen. Het boek beschrijft de geschiedenis van de Heidemaatschappij. Het geeft een mooi beeld van de veranderingen van het Nederlandse landschap door de ontginning van de zgn. woeste gronden. Vanuit het inzicht van toen misschien begrijpelijk maar wel een probleem nu met de intensieve landbouw. De grote aanpak van toen heeft nu ook een aanpassing nodig. Mooi zoals jij dat in deze blog met voorstellen komt om dit aan te pakken. Een stevig plan is hiervoor nodig.

    • Hallo Geert,
      Wat leuk dat het door jou genoemde en gelezen boek over onder meer over de ontginning van de woeste gronden gaat. Ik heb het idee dat dit grootschalig ingrijpen in het landschap uit het collectieve geheugen van de Nederlanders is verdwenen. We zijn erg gewend aan de huidige situatie en hebben er moeite mee open te staan voor verandering van het huidige landschap. Maar goed beschouwd zijn de woeste gronden naar huidige opvattingen verpest. En dus is een nieuwe verandering nodig.
      Ik ben erg benieuwd naar het boek van Lennart. Ik weet van jouw betrokkenheid bij de Heidemij en hun bedrijfsgeschiedenis en maatschappelijke betekenis. Ik heb vooral geleerd op de HBCS over de Heidemij, met name van de oudgedienden zoals wijlen Maas Roseboom die een verrukkelijk boekje schreef met de prachtige bosbouw titel ‘van wortel tot kruin’. Ik had er ooit vier van gekocht maar kan ze niet meer terugvinden. Ook tweedehands kan ik ze niet vinden. Het boekje gaat terug naar ik meen 1903 het jaar dat de eerste interne opleiding ontstond bij de Heidemij. Uit deze interne opleidingen is de Bosbouw- en Cultuurtechnische School ontstaan, de BCS.

      De heer Hoekstra gaf les in cultuurtechniek. Ook hij was als oud Heidemij man terecht gekomen bij de BCS. Vol trots vertelde hij uit eigen ervaring hoe diepploegers soms wel tot anderhalve meter diepte de grond van de woeste gronden loswoelden om daarmee de oer(ijzer)banken los te breken, om daarmee natte plekken in het land te elimineren. Toen waren het technische hoogstandjes, nu zouden we het vernieling van prachtige natuur noemen. Inderdaad is een stevig plan nodig om de situatie te herstellen. Oef, daar is wel wat overtuigingskracht nodig.

      Hartelijke groeten, Henk

        • Dag Angelina,

          Wat een leuke vraag! Ik kan alleen afgaan qua ervaring op mijn werk bij RWS. Daar werken ruim 9000 mensen waarvan een deel totaal geen haast heeft. Ik word heel moe van al dat geleuter; ik ga ook af op de verhalen van collega’s en studiegenoten die bij uitvoeringsorganisaties werken van de overheid. Het lijkt wel een ziekte. Bij RWS ben ik dus een oplosser. Maar kijk ik naar praktischer ingestelde mensen, dan ben ik geen oplosser omdat ik de ambachten onvoldoende beheers. Dan ben ik dus een probleemveroorzaker 😉

          Hartelijke groeten,
          Henk

  • Ha Henk ,
    Zoals ik jou ken is je wilskracht én strijdbaarheid ook nu nog steeds terug te vinden in jouw blog . Je hebt (net als ik overigens) een bloedhekel aan onrecht en overmatig bureaucratisch gelul , oftewel ‘tijd vol babbelen’ met weinig of geen resultaat !!
    Ik bewonder je doorzettingsvermogen , passie én strijd in deze ,

    Groetjes van Maarten uit Tiel

    • Beste Maarten,
      Geweldig fijn dat je reageert. Je bent zo’n positieve man die toch ook de donkere zijdes van het leven kent. En ik houd van jouw recht toe recht aan manier van praten. Laten we dit snel weer eens doen. ik vind het reuze gezellig als je even komt buurten. Hier zijn we bezig met de laatste stap in het herstelproces. Tot nu toe ging alles – hoewel zwaar – voorspoedig. De laatste stap kan de kers op de taart worden. Maar het is wel nog onzeker. Tachtig procent kans dat het werkt met de CAR t cellen en dan zou ik kankervrij kunnen worden. Afwachten dus. Ik heb geen andere keus dan hopen en bidden naar onze lieve Heer. Volgende maand hopen we terug te kunnen vliegen naar het vertrouwde Holland, half januari ongeveer. Wellicht heb je de ruimte om dan even te buurten. Ik kijk er naar uit!
      Hartelijke groeten, Henk

  • Hear hear Henk, de provincie Gelderland laat me donderen, maar
    Met een veel groter donderend geraas staan wij weer op! Wordt nog een pr probleempje voor de provincie, ben nu zo klaar met ze dat ik er nog plezier aan graan beleven ook; mij krijg je niet onder de zoden, we lusten ze rauw

    • Ha,
      Als ik deze reactie moet weghalen? Laat me even weten. Natuurlijk is er altijd een overheid die linksom of rechtsom het verhaal in een ander gat giet. Het lijkt me niet dat je je daardoor laat ontmoedigen. Zet hem op met je mooie formule!
      Hartelijke groeten,
      Henk en Kit

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *